Lezingen

Nieuws
Werk
   -Alle
   -Ebooks
   -Luisterboeken
   -Bewerkt/Verfilmd
   -Vertaald
   -Bekroond

Auteur
   -Biografie
   -Bibliografie
   -Prijzen
   -Interviews
   -Standpunt
   -Dissertaties
   -Favorieten

Audio/Video
Foto's
Contact

Interviews

Goed Gevoel, februari 2005
Jakobien Huisman

Ik wou dat schrijven een grotere rol kon spelen in mijn leven.

Anne Provoost in zwart en wit

Net terug van haar promotie-toernee in de Verenigde Staten zit Anne Provoost samen met een deel haar kroost – het is vakantie en Martha (9) en Basil (6) zijn thuis - in haar zonnige tuin. Terwijl Martha zich over mijn eigen dochter ontfermt en de kinderen samen poedelen in een grote teil die als zwembad dienstdoet, laat Anne me de vertaling van haar boek De arkvaarders zien. In september verschijnt ‘'In the Shadow of the Ark'’ tegelijk in Amerika, Groot-Brittannië en Australië. Hoewel haar handen jeuken om verder te schrijven aan haar volgende boek, maakt ze uitgebreid tijd voor ons gesprek, dat we af en toe moeten onderbreken voor enkele opdringerige wespen.

Media-aandacht & tijdverlies

Je geeft niet graag interviews en àls je ze geeft moeten ze ergens over gaan en liefst niet over jou als persoon. Ik heb de indruk dat je de aandacht van de media zelfs beschouwt als tijdverlies.
Anne Provoost: “Een beetje wel, ja, hoewel ik het zelf nog nooit zo heb geformuleerd. Ik ben vorige week veertig geworden en ik begin stilaan na te denken over wat voor mij belangrijk is. Als ik die evaluatie maak, dan kom ik telkens uit op een aantal boeken die ik écht nog wil schrijven. Dat is voor mij het allerbelangrijkste. Ik heb altijd een mentale reserve voor een boek of drie. Op het moment dat er nog maar één boek in mijn hoofd zit, krijg ik ineens een inval en denk ik: jààà, daar wil ik over schrijven. Voor mij is dat veel opwindender dan die media-aandacht. Die is heel flatterend op korte termijn, maar het leidt ook de aandacht af van de essentie en geeft geen voldoening op lange termijn.”

Je bent daarin wel behoorlijk nuchter. Geniet je op geen enkel punt van de erkenning?
Anne Provoost: “Die aandacht is niet onaangenaam, maar zou voor mijn gezondheid beter zo snel mogelijk voorbij zijn. Het is een belasting waar ik niet goed mee om kan gaan. Een boek schrijven brengt ook spanning met zich mee, maar die is voor mij hanteerbaar. Dat neemt niet weg dat ik blij ben dat ik die reis naar Amerika heb kunnen maken. Maar het feit dat ik al lang niet achter mijn schrijftafel zit uit zich in allerlei fysieke symptomen. Ik verkramp in mijn nek en in mijn schouders, ik krijg een soort computerpijn door te verlangen naar mijn computer, zeg maar.”

Komt door het vele schrijven je eigen leven niet in het gedrang?
Anne Provoost: “Ik laat het schrijven niet primeren op mijn leven omdat mijn gezin dat niet toelaat. Maar ik zou het best wel willen. Ik wou dat schrijven een belangrijker rol kon spelen in mijn leven. Maar ik vind het niet verantwoord om dat te doen als moeder en als partner, hoewel mijn man net zo gedreven is als ik. Hij schrijft ook, maar hoofdzakelijk essays. We beseffen anderzijds dat de kinderen opgroeien en dat we almaar meer aan schrijven zullen toekomen. Als wij geen kinderen hadden gehad, zouden we waarschijnlijk moeite hebben om op het einde van de dag te stoppen met werken. Maar een leven zonder de kinderen hebben we ons nooit kunnen voorstellen. We want it all, zoals velen van onze generatie.”

Put je dan geen inspiratie uit je eigen leven?
Anne Provoost: “De dingen die ik meemaak passen meestal helemaal niet in mijn verhaallijnen. Het is misschien één of twee keer gebeurd dat ik iets uit mijn leven gebruikte. In Vallen beschreef ik een situatie waarbij er een gewonde duif in een kelderruimte zat. Het hoofdpersonage moet de vogel doden van zijn vriendin. Ik heb zelf ooit een duif gedood om haar uit haar lijden te verlossen, maar daar houdt de gelijkenis met mijn leven op. Ik vind mijn leven behoorlijk boeiend, maar alleen voor mijzelf. Ik vind niet dat ik mijn lezers daarmee moet lastig vallen. Je mag zelf beslissen of dat nu een kritiek inhoudt op schrijvers die dat wel doen (lacht).”

Voordat je instemde met dit interview vertelde je me dat je je stoort aan persoonsverheerlijking.
Anne Provoost: “Mijn boeken hebben het altijd al vrij goed gedaan in het buitenland, maar nu De arkvaarders in het Engels verschijnt, is de mediabelangstelling ineens opvallend groot. Waarom? Omdat het boek in de Verenigde Staten bij Scholastic verschijnt, de uitgeverij van J.K. Rowling. Het gaat om een groot land, om een grote uitgeverij en vooral: Harry Potter wordt ermee geassocieerd. En ineens is de vertaling van De arkvaarders een belangrijke gebeurtenis. Ik heb de indruk dat kwantiteit en kwaliteit al te makkelijk door elkaar worden gehaald. De kranten besteden onevenredig veel aandacht aan bestsellers zoals De Da Vinci Code. Zo geef je de lezer de indruk dat verkoopcijfers bepalend zijn voor de kwaliteit van het boek. Ik weet als insider dat er heel veel goede boeken zijn die door gebrek aan persaandacht niet verkopen. Dat vind ik laakbaar.”

Iedere schrijver droomt toch stiekem van een doorbraak als die van J.K. Rowling, die voordat ze Harry Potter kon slijten in de marge ploeterde?
Anne Provoost: “ Zoals Rowling te moeten leven lijkt me niet benijdenswaardig. Nu ik contact heb met haar uitgever weet ik dat zij bang is. Haar kinderen hebben bodyguards bij zich als ze naar school gaan omdat iedereen weet dat ze rijk is. Ze moet er rekening mee houden dat een van haar kinderen ooit gekidnapt wordt. Iederéén weet dat J.K. Rowling momenteel zwanger is. Kun je je dat voorstellen, dat zelfs je intieme details over de hele wereld in de krant staan?”

Persoonsverheerlijking & ontevredenheid

In De arkvaarders bogen Noach en de zijnen zich op hun rechtgeaardheid. Zij vonden zich het uitverkoren volk en lieten de rest van de mensen verdrinken in de zondvloed.\\ Anne Provoost: “De mensen die grote faam hebben, zijn geen zelfverklaarde uitverkorenen, maar wel mensen die door de pers werden uitverkoren omdat er plots geld en kwantiteit in het spel kwam. Desalniettemin zijn het inderdaad volgens mij niet de echte survivors. Het zijn survivors in de neoliberale markteconomie, maar zij zijn het niet noodzakelijk die als er oorlog komt oplossingen zullen vinden voor de voedselschaarste. Ze zijn bij wijze van spreken niet in staat om aardappelen te kweken. Zolang er voorspoed is is dit niet problematisch; specialismen staan immers ook toe dat mensen zich echt ontwikkelen. Maar weten we nog hoe we een oude man die behoeftig is en niet meer uit bed kan, moeten verzorgen? Iedereen geeft de zorg voor zijn bejaarde ouders uit handen. Vrouwen krijgen kinderen en hebben boeken nodig om te weten wat een baby nodig heeft. Ik vraag me regelmatig af wat we bij al onze moderne verworvenheden afgeven. Er bestaat een steeds grotere vervreemding tussen onszelf en de dingen die we eten, dragen en maken.”

Net zoals weinig mensen het verband nog zien tussen de lapjes vlees in het koelrayon en de koe in de wei. Aan de andere kant: het gemak dient de mens, nietwaar?
Anne Provoost: “Waar ik naar zoek is een tussenweg , een combinatie van kennismaatschappij en kleinschaligheid. Ook in het onderwijs zie je dat het nu de economie is die regeert. De klassen worden steeds groter. Alles moet tegenwoordig zo efficiënt, snel en goedkoop mogelijk. Voor mijn kinderen kies ik om die reden voor een kleinschalige speelschool. De ouders zijn actief bij het bestuur betrokken. Als een ouder ziet dat een klimrek niet veilig is, dan gaat hij zelf tot de actie over. Ons motto: ‘Vraag niet wat de school voor jou kan doen, maar wat jij kan doen voor de school’. In je eigen huishouden vraag je dan toch ook niet: ‘Tot welke instantie kan ik mij richten om de zaak hier draaiende te houden?’

Vind je dat we met zijn allen verwend zijn?
Anne Provoost: “Absoluut, inclusief mijzelf. De uitslag van de vorige verkiezingen is een typisch verwendheidsprobleem. We maken ons druk om luxe en zien niet meer de dingen die we hebben, alleen de dingen we niet hebben. Nu stemmen ook de mensen uit de rijke gemeenten voor het Vlaams Blok. Zelfs weldenkende mensen van goeden huize lijken niet in staat om zichzelf voldoende te bewaken. En de media voeden die anti-politiek door het creëren van een personencultus, door het associëren van succes met geld, door te vergeten dat kwaliteit belangrijker is dan kwantiteit. En daarmee is de cirkel rond. Ik vraag me af of de pers zo in de Engelse vertaling van De arkvaarders zou zijn geïnteresseerd als het hier niet had gegaan over dat grote land Amerika, en die grote uitgever Scholastic die ook de Harry Potter-boeken uitgeeft.”

Je hebt zelf anderhalf jaar in Minneapolis gewoond. Zeker in Amerika spreekt een ‘from rags to riches’-verhaal als J.K. Rowling mensen natuurlijk enorm aan.
Anne Provoost: “De maakbaarheid van mensen was vijftig jaar geleden heel emanciperend, maar nu is de slinger aan het doorslaan. Tegenwoordig is men er helemaal van overtuigd dat slagen in het leven afhangt van je wil. Met voldoende strategisch inzicht en doorzettingsvermogen kun je alles bereiken, maakt men je wijs. Wie het niet maakt, heeft het dus ook aan zijn eigen wil, of het gebrek eraan, te danken. Zo krijg je een generatie van mensen die hun empathie voor de ‘losers’ verliezen. Wie in de goot ligt, heeft zich ‘laten gaan’. Mislukking is zwakte. Niemand lijkt nog te geloven dat er ook andere factoren zijn dan de wil die bepalen of je succesvol bent. Het principe van solidariteit was ingeschreven in ons democratisch bestel. Helaas gaat dat tegenwoordig verloren door ons geloof in de maakbaarheid van mensen. We hebben geen begrip meer voor wie geen greep op zijn leven krijgt. In die zin zijn we hier bezig om hard achter Amerika aan te hollen. Moeten we verbaasd zijn als vervolgens blijkt dat mensen zo teleurgesteld zijn over hun eigen momenten van zwakte dat ze zichzelf waardeloos vinden?”

Juf & actrice

Anne Provoost: “Door de persoonsverheerlijking die overal heerst, krijgen mensen met een heel gewoon beroep een verkeerde boodschap. De verpleegsters en de leraars doen veertig jaar lang hun job en komen niet in de krant. Het zijn niet mensen die in de spotlights staan die het welzijnsverschil zullen maken. Ik zou het niet slecht vinden als mensen meer bewondering hadden voor onderwijzers dan voor schrijvers.”

Hoezo? Ik heb persoonlijk veel plezier beleefd aan het lezen van je boeken, hoor.
Anne Provoost: “Mijn boeken zijn niet noodzakelijk. Er zijn er genoeg andere om ervoor te zorgen dat de lezers nooit zonder leesvoer vallen. Je kunt je als schrijver ernstig afvragen of je daar wel iets aan toe te voegen hebt. Wie nu nog boeken schrijft, in een wereld die van mooie boeken al helemaal is verzadigd, doet dat uit drang tot zelfexpressie, niet om de lezer van lectuur te voorzien.”

Is de drang om eruit te springen, om iets anders te doen dan de anderen, niet iets van alle tijden? Wilden vroeger ook niet alle kinderen piloot, ballerina of astronaut worden?
Anne Provoost: “Ik denk zelf altijd aan het voorbeeld van de brandweerman, juf of verpleegster. Mijn dochter twijfelt tussen juf of actrice. En ineens ligt dat laatste ook binnen haar mogelijkheden. Dat was niet zo toen mijn moeder opgroeide. Toen besefte men veel beter dat we niet allemaal Marilyn Monroe kunnen zijn.”

Sterren waren toen ook nog een stuk onbereikbaarder.
Anne Provoost: “Nu is het ‘iedereen beroemd’, zoals in de film. Met alle pijn die daarbij komt kijken. Mensen gaan zich er zelfs voor verlagen, ze doen de aanstellerigste dingen om toch maar te behoren tot dat selecte groepje dat ‘zich onderscheidt’. Maar eigenlijk weet niemand nog waarmee.”

Schoonheid & inhoud

De roos en het zwijn, een herwerking van het sprookje De schone en het beest gaat over de tegenstelling tussen mooi en lelijk. In de middeleeuwen – temidden van de pokkenplagen - was een schoon gezichtje nog zeldzaam, zelfs iets verdachts. Tegenwoordig is mooi zijn een must.
Anne Provoost: “In de middeleeuwen had je waarschijnlijk weinig vrouwen die ook nog eens rechte tanden hadden, die goed zagen, mooi haar hadden en geen vingerkootje misten. Velen zullen door ziektes en ongelukken in de loop van hun kindertijd littekens hebben opgelopen. Terwijl alle schilderijen uit die tijd mooie vrouwen laten zien. Dat moet wel geschiedvervalsing zijn. Ik denk dat ze destijds meerdere modellen per schilderij nodig hadden: een voor het hoofd en een paar voor de verschillende delen van het lijf. Met De roos en het zwijn wilde ik laten zien dat schoonheid ook een handicap kan worden. Vroeger hadden we allemaal de tanden waarmee we geboren waren. Nu is er het dictaat van de beugel. De keuze is verdwenen. Dat is enerzijds emanciperend, want je kan je eigen schoonheid creëren, maar moet dat daarom ook? Het begon met de beugel en de beheersing van ons lichaamsgewicht, maar nu kun je zelfs de vorm van je gezicht veranderen. Misschien moeten we ook wat plastische chirurgie betreft naar het stadium dat iederéén het doet, zodat het weer modieus wordt om puur natuur te blijven. Het lijkt wel of we altijd door het dictaat moeten om onszelf ervan te bevrijden en ik vraag me af: kunnen we die stap niet overslaan?”

Ik heb het idee dat jij heel bewust leeft, over dingen nadenkt die andere mensen voor vanzelfsprekend nemen.
Anne Provoost: “Ik ken genoeg mensen die heel bewust leven, maar die praten er niet over, die doen het gewoon. En die mensen krijgen vaak ook geen forum om zich ergens uit te spreken. Het is daarom de taak van mensen zoals ik, die wél die kans krijgen, om anderen te laten nadenken over de keuzes die ze maken. En ik geloof in de wendbaarheid van de geest, in die zin ben ik heel optimistisch.”

Je zegt in op je site: ik schaam mij er niet voor om een geëngageerd schrijver te zijn.
Anne Provoost: “Dat mensen waardevrij zouden kunnen communiceren is een leugen. Dat kan niemand. Je verdedigt altijd iets. Als je dat niet doet, waai je weg in de wind. Zulke mensen doorprik je ogenblikkelijk. Hun niets-zeggen is ook een pose, het is evengoed een houding en een overtuiging, zij het een nihilistische. De verwarring van de mensen alleen maar groter maken is niet moeilijk, dat kan iedereen. Het is tegenwoordig voor schrijvers en kunstenaars erg modieus om te zeggen: ‘Ik geef geen antwoorden, ik stel enkel vragen.’ Ik vind dat als houding te gratuit. Een schrijver vertrekt toch altijd vanuit zijn eigen kleine gelijk, zij het een buigzaam gelijk dat tegenspraak duldt. Hij laat zijn zoektocht zien, en een zoektocht heeft een richting. Je zult de waarheid nooit kennen, maar hij is er wel, ergens onbereikbaar, in de toekomst of zo. Zonder dat geloof is er geen hoop, en hoop wil ik wel graag behouden. Wat natuurlijk niet uitsluit dat je een hoop valse sporen kunt nalaten. De zoektocht hoeft niet rechtlijnig te zijn, het verslag dat je uitbrengt evenmin! Schrijven speelt zich bij mij af in de schemerzone tussen de dingen waarvan ik overtuigd ben, en de dingen waarvan ik ook nog overtuigd zou kunnen zijn. Ik denk altijd: er is veel plaats in het hoofd van de lezer, ook voor een paar tegenstrijdigheden. Het leven zit vol tegenstrijdigheden, en je gaat er niet van dood (lacht).”

Heb je er ooit aan gedacht om de politiek in te gaan?
Anne Provoost: “Als politicus moet je compromissen sluiten. Ik zou geen partijstandpunten kunnen verdedigen, ik zou altijd een fundi zijn. Liever behoud ik het vogelperspectief. Dan kun je tenminste principes aanhouden zouden je te moeten laten ketenen aan de praktische uitvoerbaarheid. Op het gevaar af dat ik in het hoekje van de drammerige, betweterige intellectuelen word gezet. Ik schiet in mijn eigen voet, want het is veel sympathieker om grappig of schattig uit de hoek te komen. Maar ik wil geen compromissen sluiten, ik wil te allen tijde een feeks kunnen zijn.”