Juryverslag Prijs voor Letterkunde van de Vlaamse Provincies voor 'Mijn tante is een grindewal'

1991 - Prijs Letterkunde van de Vlaamse Provincies

'Mijn tante is en grindewal’, het debuut van Anne Provoost, is een indringend verhaal over vriendschap, onuitspreekbaar verdriet en incest. Tara wordt gekweld door iets vreselijks, maar kan daar niet over praten, tot ze Petr'Ann ontmoet die door haar geduld en liefde de waarheid aan het licht brengt en een sprankel hoop doet oplichten. De complexe psyche van Tara, die haar verdrongen leed afreageert in vaak vervelend gedrag, is sterk verwoord. Ook de relaties met de een eenzelvig en met haar nichtje Anna andere hoofdpersonen, vooral en met de biologe Petr' Ann, worden krachtig uitgewerkt. Het geleidelijk onthullen van Tara's verschrikkelijke geheim is structureel knap opgebouwd via tal van parallellen, verwijzingen en symbolen. Ze bewerken en heel eigen tragiek van het zwijgen, waarin de grindewals, aangespoelde walvissen, een cruciale rol spelen. Anne Provost heeft zich grondig ingewerkt, zowel in het gedrag van de grindewals als in de incest-problematiek. Van Tara maakte ze geen zielig wezentje, maar een emotioneel complex iemand vol botsende gevoelens. Het verhaal is knap verteld vanuit het gezichtspunt van het meisje Anna (de ik-persoon). De verschillende verhaaldraden worden kunstig vervlochten tot een geheel dat de lezer niet onberoerd kan laten. De taal is verzorgd en rijk met een vaak verrassende beeldspraak en 00g voor treffende details.'

Samenstelling van de jury: Leo Bogman, Paul Elen, Fernand Handtpoorter, Erik Heidbuchel, Josée Kuijpers, Jet Marchau, Jacqueline Van Baelen, Jan van Coillie, Vic van Eetvelt, Marc van Santvoort, Marie-Claire Verbeek-Luts.