Lezingen

Nieuws
Werk
   -Alle
   -Ebooks
   -Luisterboeken
   -Bewerkt/Verfilmd
   -Vertaald
   -Bekroond

Auteur
   -Biografie
   -Bibliografie
   -Prijzen
   -Interviews
   -Standpunt
   -Dissertaties
   -Favorieten

Audio/Video
Foto's
Contact

Writer-in-residence in kasteel Beauvoorde

Hoe is dat voor u precies in zijn werk gegaan? Heeft men u zelf gecontacteerd of kon u zich op een of andere manier kandidaat stellen?

Ik ben van de omgeving van Poperinge. Bachten en Kupe en Veurne Ambacht waren voor mij als kind toch altijd best nog wel veraf. Wulveringem speelt een belangrijke rol in het boek dat ik schrijf over de evacuatie van de frontkinderen. Ik hoorde praten over een schrijfresidentie op het kasteeldomein van Beauvoorde. Ik heb dus mijn oren goed opengehouden, en regelmatig gepolst hoe het stond met de verbouwing. Een schrijfresidentie beginnen is voor een organisatie – dit keer Herita – altijd wel een ingewikkelde onderneming: is het een goede werkplek, is alles aanwezig om je te kunnen opsluiten in eenzaamheid, welke stoel is er nodig, welke lamp? Ik heb al veel residenties gedaan in mijn leven, beginnend toen de kinderen klein waren. Ik ben hier proefkonijn zoals ik dat voor de residentie in het Lijsternest van Streuvels ook al ben geweest.

Wat moet ik mij daar nu bij voorstellen? Gaat het om een tijdelijke vooraf afgesproken periode dat u in complete afzondering leeft en werkt?

Het zijn in deze residentie blokken van twee weken, met een maximum van vier. Ik zit hier dus de hele maand januari, putje winter. Ik heb geen auto, dus ik fiets door regen en wind en duisternis naar de winkel of naar het station van Veurne. Die ritten helpen me om me voor te stellen hoe de wintermaanden in de oorlog, toen mijn familie hier woonde, eruit moeten hebben gezien. Er kwamen gaandeweg meer Duitse vliegers over, dus ze mochten niet het minste licht maken. Zo donker als ik het hier op mijn avondwandelingen heb gezien maak ik in Borgerhout, waar ik woon, nooit mee. Er waren regelmatig gasaanvallen, ik stel me de ontreddering voor als je dan in de kelder van je boerderij moet schuilen met als enige nieuwsbron wat de soldaten je toeroepen. En hier was de Koninginneschool waar de kinderen ondanks het oorlogsgebeuren toch school konden lopen, een initiatief van Elisabeth I. Zij volgde de progressieve principes van het Franse onderwijs, de bouw van een poupponiere in een gesloten gebouw met een binnenplein, de meisjes en jongens samen op de speelplaats.

Hoe ziet uw dagschema eruit? Is dit anders dan wanneer u thuis zou werken? Bent u minder afgeleid of valt de eenzaamheid toch een beetje tegen?

Er zijn voor mij geen verrassingen want ik heb dit al vaak gedaan, vroeger regelmatig in erg verre landen, aan de Baltische zee bijvoorbeeld. Ik leg altijd makkelijk contacten dus ik ben nooit echt alleen. En hier op de streek woont in elke straat wel een familielid of een vroegere klasvriendin. Ik probeer te blijven bewegen, dat is het ingewikkeldste aan die intensieve schrijfperiodes: dat je veel te lang stilzit. Ook dat je te weinig slaapt, want je zit ‘in de zone’, en het is moeilijk om je daaruit los te maken als het bedtijd is.

Welke impact heeft de locatie/omgeving op u?

Ik kom terug in de landelijke tijd: het meegaan met de weersomstandigheden, het navenant plannen, de afstand van wat in de grote steden gebeurt.

Hoe reageert uw thuisomgeving op dit initiatief?

Thuis hebben ze dit nooit anders geweten. Mijn kinderen doen nu ze volwassen zijn hetzelfde: ze duiken onder om zich te concentreren. Dat is voor ons de normaalste zaak van de wereld.

U bent verkast naar Antwerpen? Sinds wanneer/waarom?

Mijn man en ik zijn na onze studies naar de VS getrokken. We wilden daar evenwel geen kinderen opvoeden daar en zijn toen we aan kinderen dachten teruggekeerd. We wilden op een plek zitten waar we dicht in contact stonden met het uitgeverswezen, dus het is Antwerpen geworden.

In welke zin is uw familie ‘vertrouwd’ met Wulveringem/Vinkem?

Mijn overgrootouders zijn na de eerste gasaanval in Boezinge hier terecht gekomen. Omdat Boezinge volledig vernietigd was, zijn ze hier na de oorlog nog lange tijd blijven wonen. Op hun boerderij hier vlakbij woont nog altijd een nazaat die de familienaam draagt, een Vandewalle. Vinkem is mij om nog een andere reden bekend. Mijn hartvriendin woonde op den Elzentap nabij het gedenkteken van Joe English. Haar graf bevindt zich naast de kerk van Vinkem. Ik kon het met de ogen dicht vinden want ik zag ons nog staan, 25 jaar geleden, mijn vrienden met rubberlaarzen aan na de uitvaart want we hebben haar eigenhandig onder de aarde gelegd.

Aan welk boek werkt u momenteel?

Aan een boek over de evacuatie van de kinderen in de frontzone. Er zijn twintigduizend kinderen weggevoerd uit de Westhoek, waaronder heel veel kinderen die nog ouders hadden, maar toch alleen vertrokken, voor de hele duur van de oorlog. Mijn grootmoeder was een van hen. De Westhoek zit vol met nazaten van die duizenden kinderen, en hier hangen nog overal verhalen. Die verhalen kom ik hier opvangen. Bij elk gesprek dat ik voer met mensen uit de streek duurt het maar een paar zinnen voor ze hun eigen verhaal vertellen, over hun ouders of grootouders. Die oorlog is in deze streek nog bijlange niet voorbij. Hij leeft nog in de hoofden. Met de vluchtelingencrisis vandaag leggen velen zelf het verband: de vluchtelingen van vandaag gaan er nog altijd over praten over honderd jaar. Moeten vluchten is zo levensbepalend dat het doorwerkt in de generaties.